Brits mandaat

Dit is een korte versie van circa 500 woorden. Klik hier voor een uitgebreid achtergrondartikel.
Door: Jan Schnerr - Laatst aangepast op: 19 mei 2019

‘BALFOUR’ 1917: laatste fase Brits kolonialisme

Israël: kind van het Britse imperium

De Balfour Declaration wordt veelal gezien als de basis van het Israelisch-Palestijns conflict.

De Balfour Declaration wordt veelal gezien als de basis van het Israelisch-Palestijns conflict.

Met de ‘Balfour Verklaring’ in 1917 [1] van de Britse regering, werd de eerste steen van de staat Israël gelegd. De regering van Groot-Brittannië zag veel in joodse vestiging in Palestina. Het zou een buffer creëren voor het Suezkanaal, de belangrijke route naar de Britse kolonie India. Ook het verkrijgen van steun voor de Britse oorlogsdoelen tegen Duitsland door de joodse gemeenschappen in de VS en Rusland was een overweging.

‘De brief’

De Balfour Verklaring is een brief van de toenmalige Britse minister van Buitenlandse Zaken Arthur Balfour aan Walter Rotschild, vooraanstaand lid van de joodse gemeenschap in Engeland. De kern: “[Britse] regering staat welwillend tegenover de vestiging in Palestina van een nationaal tehuis voor het joodse volk”. Dat is vager dan de joodse staat die de zionistische beweging wilde. [2] Het was een compromis binnen het Londense establishment.

Effectief zionistisch lobbywerk

Kort voor 1900 waren zionistische leiders tot de conclusie gekomen dat de steun van een grote mogendheid nodig was voor hun plan. Theodor Herzl lobbyde bij de Duitse keizer, de Russische tsaar en de Ottomaanse sultan. Chaim Weizmann richtte zich op de imperialistische belangen van Groot-Brittannië.

De gevoeligheid van Britse bewindslieden voor de zionistische boodschap werd bevorderd door de protestantse traditie waarin bewindslieden als Balfour en Loyd George waren grootgebracht: de terugkeer van joden naar het Beloofde Land, als wegbereider voor de uiteindelijke wederkomst van Jezus Christus op aarde, het christelijk zionisme. [3]

Het Brits mandaat

Het Britse militaire bestuur over Palestina maakte in 1920 plaats voor een civiel, in feite koloniaal bestuur. Dit kreeg internationaal een juridische basis in de vorm van een mandaat van de Volkenbond (de voorloper van de Verenigde Naties). De zionisten lobbyden met succes voor de opname van de Balfour Verklaring in het handvest van dit mandaat. Het mandaat bevatte ook de opdracht om Palestina uiteindelijk naar een onafhankelijke toekomst te leiden.

Franse en Britse invloedsferen

Tijdens de oorlog hadden de Britten (via McMahon) aan Arabische leiders een niet nagekomen belofte gedaan: een Arabische staat in het Nabije Oosten. Tezelfdertijd sloten de diplomaten Sykes (Groot-Brittannië) en Picot (Frankrijk) een geheim akkoord. Het huidige Syrië, Libanon, Palestina, Jordanië en Irak werden aan Franse en Britse invloedssferen toegedeeld. In dit akkoord werd voor Palestina een uitzondering gemaakt: het zou onder het gezamenlijke bestuur van de geallieerde mogendheden worden geplaatst. De zionisten wisten te bewerkstelligen dat dit laatste onderdeel werd verwijderd.

Kritiek op ‘Balfour’ in Groot-Britannië

Als gevolg van de Balfour Verklaring kregen de Palestijnse Arabieren niet de democratische rechten en het (beperkte) zelfbestuur toegekend als de bevolking van bijvoorbeeld Egypte, Irak en Trans-Jordanië. De Balfour Verklaring leidde in Palestina vrijwel meteen tot protest en verzet onder de Palestijns-Arabische bevolking, vooral onder de beter opgeleide middenklasse.[4] De door de Verklaring gelegitimeerde Britse steun aan de zionistische immigratie- en kolonisatiepolitiek in Palestina stond op gespannen voet met de geest van de internationale afspraken. Zeker in het Midden-Oosten maar ook in de Britse politiek bleef dit omstreden.

Oneliner:

Een deel van de Europese adel – Balfour, Lloyd George, keizer Wilhelm II – had een merkwaardige sympathie voor een ‘joods tehuis’ … ver weg van Europa.

Citaten:

1. “The wars of the crusaders are now complete.” Generaal Edmund Allenby op 11 december 1917 bij zijn intocht, te voet, in Jeruzalem.

2. “[Government had] offered to the Jewish race a great tract of fertile land in one of our possessions in order that they might (…) find an asylum from their persecutors at home.” Lord Balfour over de “Oeganda optie“, in 1905, tijdens de behandeling in het Parlement van de Aliens Act, die vooral was gericht op het tegengaan van de toestroom van joden uit Oost-Europa (Parliamentary Debates, 4th Series, vol. 149, col. 178).

3. “Die jüdische Siedlung in Palästina hätte den Krieg nicht überstanden, wenn die deutsche regierung nicht bereit gewesen wäre, (…) Schutzmaßnamen zu treffen.” Richard Lichtheim, ‘Rückkehr. Erinnerungen aus der Frühzeit des deutschen Zionismus’, Stuttgard 1970, blz. 210.

4. “En ook werd duidelijk dat de brief [met de Balfour Verklaring] alleen maar een ultieme poging was om het Joodse electoraat in de westerse wereld te paaien.” Rabbijn Lody van de Kamp, Nederlands dagblad, 24/01/2017

 

[1] DE BALFOUR VERKLARING – ACHTERGROND EN GEVOLGEN. Essay, Dr. E. Harmsen, 14 juni 2017

[2] Zionisme, natie en staat

[3] Christelijk zionisme

[4] Palestijnen en het Brits mandaat