Hezbollah

Door: Jan Schnerr - Laatst aangepast op: 6 november 2013

Hezbollah leider Hassan Nasrallah op al-Manar TV (2013)

I IN HET KORT:

HEZBOLLAH: POLITICI, VERZETSSTRIJDERS OF TERRORISTEN?

Libanon is een klein land met een zeer ingewikkeld politiek systeem. Soenniten, christenen en shiiten vormen de kern van het “machtsgebouw”. Het land grenst aan het noorden van Israël dat sinds begin jaren ’70 geregeld militaire operaties uitvoert. In de eeuwen onder ottomaans bestuur waren in dit gebied de soennitische islam en zijn aanhangers overheersend. In de koloniale tijd (vooral Frankrijk kreeg veel invloed) nam de macht van de Libanese christenen sterk toe. Toen Israël in de jaren ’70 van de vorige eeuw Libanon militair en politiek in zijn greep probeerde te krijgen, waren de shiitische moslims en de honderduizenden Palestijnse vluchtelingen (verenigd in de PLO) de economisch en politiek achtergestelde groepen binnen het Libanese systeem.

De oorlog van 1982 leidde tot de bezetting van Zuid-Libanon door Israël. Het PLO-kader werd verjaagd. Uit de vele kleine gewapende shiitische milities kwam Hezbollah rond 1982 naar voren als meest gedisciplineerde en gemotiveerde organisatie. De officiële oprichting vond plaats in 1985. Hoofddoel was het verdrijven van het Israëlische leger. Gewapende strijd werd daartoe noodzakelijk geacht. Als tweede activiteit werd in de jaren ’80 een omvangrijk complex van sociale instellingen ontwikkeld: ziekenhuizen, financiële bijstand, onderwijs enzovoort. Aanvankelijk gericht op de achtergestelde shiiten in landelijke gebieden voor wie de overheid slecht of niet functioneerde. Hiermee creëerde Hezbollah een groot en blijvend draagvlak bij zijn achterban. Zie ook: Jaffadok ISRAËL MILITAIR OORLOGEN LIBANON-1982.

De militaire tak van Hezbollah bleef in een guerillastrijd met het Israëlische leger gewikkeld. De terugtrekking van Israël in 2000 onder druk van deze guerilla heeft Hezbollah groot respect opgeleverd in het Midden-Oosten; het Israëlische leger leed imagoschade (beide nog versterkt door de oorlog van 2006). In Libanon woedde tegelijkertijd een burgeroorlog die werd beeïndigd in 1990 met de Taif Overeenkomst waarin het nieuwe politieke systeem werd vastgelegd dat onder meer de shiiten een zwaardere stem gaf. Hezbollah committeerde zich aan het nieuwe systeem dat getypeerd kan worden als een democratie langs etnische lijnen. Intussen had zich binnen Hezbollah ook een politieke organisatie ontwikkeld. In 1992 deed Hezbollah mee aan de verkiezingen en is sindsdien een belangrijke partij binnen de Libanese democratie. In 2005 trad Hezbollah toe tot de regering.

Volgens westerse regeringen en Israël was Hezbollah voor de eeuwwisseling betrokken bij verschillende grote aanslagen. Hierover bestaat geen zekerheid. De regering Bush heeft kort na 2001 Hezbollah gezet op de lijst van terroristische organisaties. De Europese regeringen zijn verdeeld. Er is een sterke stroming die vreest dat het isoleren van Hezbollah bijdraagt aan destabilisatie van Libanon omdat de organisatie diep verankerd is in de maatschappij en de politiek. Ook in Washington bestaat een (kleinere) stroming die in gesprek wil komen. Israël is daar fel op tegen. Hezbollah maakt deel uit van de “shiitische as”: Iran, Syrië, Hezbollah. Al in de beginfase ontstond een sterke band tussen Iran en Hezbollah. De Europese Unie gaf in 2013 gedeeltelijk toe aan de Amerikaans-Israëlische druk. De militaire tak van Hezbollah (dus niet de politieke) werd op de Europese terrorismelijst gezet. Zie ook: INTERNATIONAAL TERRORISME.

Het hedendaagse Libanon wordt beschouwd als een van de modernste landen van het Midden-Oosten.

 

Zuid-Libanon (The Christian Science Monitor)

II ACHTERGROND EN ANALYSE

HEZBOLLAH, OPKOMST EN CONSOLIDATIE VAN EEN OMSTREDEN ORGANISATIE )*

De Israëlische visie op Zuid-Libanon

Libanon is van groot belang voor Israël. Al voor 1948 – de oprichting van de joodse staat – droomden leidende zionisten van de rivier de Litani als noordgrens van de komende staat. Een van de redenen was de toegang tot het water van Zuid-Libanon. Direct na 1948 al ontstonden daarover internationale spanningen. Daar kwam het Johnson Plan (1950) uit voort dat de toegang tot water regelde vanuit Libanon, Israël, Syrië en Jordanië. Desondanks ontstonden er geregeld spanningen, vrij recent in de zomer van 2012. Naar aanleiding van een klein waterproject in Libanon waarschuwde Israël dat dit tot oorlog kon leiden. Tijdens een soortgelijk conflict in 2002 sprak premier Sharon van een “casus belli” en dreigde met bombardementen. Het ging om slechts 10% van de Libanese “Johnson-rechten”. Het geeft aan dat er in Zuid-Libanon meer op het spel staat.

Ben Goerion had al vroeg de opvatting dat Israël Zuid-Libanon zou moeten annexeren tot aan de Litanirivier (Tom Segev, The First Israelis; Benny Morris, Righteous Victims). Ten noorden daarvan zou met Israëlische hulp een christelijk staatje gecreëerd moeten worden. Begin jaren ’50 werd hij daarin gesteund door onder meer Moshe Dayan. De overwegingen, naast watervoorziening en landbouwareaal, waren toen vooral militair-strategisch. Oorlogen werden vooral door grondtroepen uitgevochten en strategische “diepte” was een voordeel. Het beheersen van de kustwateren (en de daarmee verbonden “economische zone”) voor Zuid-Libanon kreeg pas in latere jaren geleidelijk meer gewicht. Eenstemmigheid was er niet binnen de Israëlische top.

De vele Palestijnse vluchtelingen die door de onafhankelijkheidsoorlog (1948/1949) in Zuid-Libanon terecht waren gekomen, werden door Israël als een potentieel gevaar gezien. De wens hen verder naar het noorden te verjagen is er steeds geweest. Tot in de jaren ’70 was echter het front met Egypte voor het leger prioriteit. Al tijdens het vredesoverleg met Egypte in de jaren ’70 (het akkoord is van 1979) kon het leger zich op Zuid-Libanon gaan richten. De Palestijnse verzetsorganisatie PLO, in 1970 verdreven uit Jordanië, had in Zuid-Libanon een aanzienlijke macht opgebouwd. In de jaren ’70 en ’80 was Israëls politiek vooral gericht op het breken van die macht, hetgeen in de oorlog van 1982 lukte (de PLO werd gedwongen te vertrekken naar Tunis). Israël slaagde erin Zuid-Libanon van 1982 tot 2000 bezet te houden. Een van de gevolgen (en tegelijk ook de reden van het uiteindelijke gedwongen vertrek van het Israëlische leger) was de opkomst van Hezbollah.

De opkomst van Hezbollah

Van de vele scheidslijnen binnen de Libanese samenleving is de belangrijkste wellicht die in drie religieuze denominaties: soenniten, christenen en shiiten. De shiiten waren tot in de jaren ’80 de achtergestelde groep, met weinig of geen politieke macht. De verzetsgroep Hezbollah (of: Hizbollah, Hizballah, “Partij van God”) maakte in de jaren ’80 en ’90 een einde aan die achterstelling, in elk geval in politiek opzicht. De langdurige burgeroorlog in Libanon (Jaffadok: MIDDEN-OOSTEN LIBANON) had onder andere de shiitische Amal-milities voortgebracht. De Amal-milities waren ooit pro-PLO. Begin jaren ’80, vóór de Israëlische inval van 1982 (Jaffadok: ISRAËL MILITAIR OORLOGEN LIBANON-1982) keerden zij zich tegen de PLO. Hezbollah begon als een shiitische militie, deels voortgekomen uit Amal. Hezbollah legde in de jaren ’80 al contacten met de Palestijnen in de vluchtelingenkampen. In Zuid-Libanon, het voornaamste strijdtoneel tijdens Israëlische invallen, woonden veel shiiten en Palestijnse vluchtelingen. Vanaf het einde van de burgeroorlog in 1990 heeft Hezbollah zich tot voorstander verklaard van verbetering van de rechten van de Palestijnse vluchtelingen in Libanon. Zoals de mogelijkheid dat Palestijnen zich op de arbeidsmarkt konden begeven.

Hezbollah erkent overigens niet de Palestijnse Autoriteit en is tegenstander van naturalisatie van de Palestijnse vluchtelingen.

Toen de Israëlische troepen in 1982 Zuid-Libanon binnentrokken waren er grote spanningen tussen twee in de verdrukking geraakte groepen: de shiiten en de Palestijnse vluchtelingen. De shiitische Amal-milities verwelkomden de Israëlische soldaten in de verwachting dat deze de inmiddels ontstane Palestijnse-staat-in-de-staat effectief zouden ontmantelen. Toen bleek dat het leger Zuid-Libanon bezet wilde houden ontwikkelde Amal zich binnen zeer korte tijd tot een anti-Israëlische guerillabeweging. Hezbollah, op dat moment een kleine, radicale shiitische splinterbeweging werd vervolgens door Israël gesteund om verdeeldheid te zaaien. Deze op foute inschattingen gebaseerde Israëlische taktiek, gecombineerd met de daaropvolgende, achttien jaar durende bezetting van Zuid-Libanon, heeft de machtige shiitische beweging doen ontstaan die het Israëlische leger uiteindelijk in 2000 gedwongen heeft Libanon te verlaten.

De Israëlische invasie in Libanon in 1982 gaf dus de stoot tot het volwassen worden van de splintergroep Hezbollah. De formele oprichting als partij vond plaats in 1985. Vanaf het begin onderscheidde Hezbollah zich binnen de chaotische Libanese situatie als een gediciplineerde organisatie met nauwe banden met zijn natuurlijke achterban: economisch en anderszins achtergestelde shiiten. En dat was vooral in het permanent bedreigde Zuid-Libanon. In de jaren ’80 functioneerde Hezbollah als een guerillabeweging die Israëlische militaire doelen op Libanees grondgebied bestookte. Daarnaast ontwikkelde de organisatie een sociaal vangnet voor oorlogsslachtoffers. In de jaren ’90 werd Hezbollah actief op het landelijke politieke toneel en is daar tot op heden (2013) een invloedrijke politieke beweging. De beweging, met een politieke en een militaire arm, heeft nooit het aanvallen van burgerdoelen gepropageerd. Zij heeft bijvoorbeeld de terreuraanslag op 11 september 2001 onmiddellijk veroordeeld.

Als religieus geïnspireerde beweging van shiitische moslims (Jaffadok: PALESTIJNEN RELIGIE-CULTUUR RELIGIES ISLAM) kreeg Hezbollah gemakkelijk contacten met het shiitische Iran. Mede om die reden is de houding van het soennitische Saoedi-Arabië en de Golf-emiraten ten opzichte van de beweging in toenemende mate vijandig geworden. Hezbollah is voor een islamitische republiek Libanon, die totstand moet komen zonder geweld en met brede steun onder de bevolking. De beweging werkt samen met andere groeperingen (waaronder christenen), wat hun succes op het politieke toneel mede mogelijk heeft gemaakt.

De algemene opvatting onder analisten is dat Hezbollah militair sterker is geworden door zware Israëlische aanvallen die tot doel hadden om de beweging te vernietigen (Jaffadok: ISRAËL MILITAIR OORLOGEN CONFLICTEN-INCIDENTEN). Dat was met name in 1993, 1996 en 2006. Ook politiek werd Hezbollah sterker door het kennelijke vermogen om het onoverwinnelijk geachte Israëlische leger te weerstaan. Belangrijk was ook dat de aanvallen telkens gepaard gingen met enorme verwoestingen en menselijke ellende, ook ten koste van andere delen van de Libanese bevolking dan de shiiten en Palestijnen. De bredere steun (dan alleen onder shiiten) en waardering voor de betekenis die Hezbollah had voor de verdediging van de Libanese soevereiniteit, bracht met zich mee dat de beweging vanaf het vertrek van Israël in militair opzicht meer “nationaal Libanees” moest opereren. De openlijke militaire presentie werd teruggebracht en militaire interventies binnen Libanon zelf werden zeldzamer. Een van de resultaten was de coalitie die in 2006 ontstond tussen Hezbollah en de belangrijkste christelijke leider, generaal Michel Aoun.

Politieke opvattingen van Hezbollah

Wat betreft de religieuze dimensie is van belang dat in Libanon de politiek is georganiseerd rond geloofsgemeenschappen. De belangrijkste posities in het overheidsbestuur zijn een halve eeuw lang toegedeeld op basis van een verdeelsleutel die in 1943 werd vastgesteld. Ten opzichte van de christenen en de soennitische moslims kwamen de shiiten er bekaaid af. De Israëlische invasie van 1982 waarbij tienduizenden Libanezen werden gedood en honderdduizenden op de vlucht werden gejaagd, bracht de verhoudingen in beweging. Shiiten die, grotendeels behorend tot de economische onderklasse, vaak georganiseerd waren in communistische of sociaal-democratische partijen, begonnen zich toenemend tot religieuze organisaties te wenden. Veel van de leiders hadden in Iran een religieuze opleiding genoten. De Iraanse revolutie werd een inspiratiebron. Dat gold ook voor Hassan Nasrallah die in 1992 als Secretaris-Generaal van Hezbollah de leiding overnam nadat zijn voorganger door Israël was vermoord. Toen de burgeroorlog werd beëindigd (in 1990) waren de shiiten de grootste geloofsgemeenschap in Libanon. In het Ta’if Akkoord werd daar rekening mee gehouden, maar werd (wederom) tussen Moslims en christenen zorgvuldig een machtsevenwicht gevonden.

De eerste verkiezingen na de burgeroorlog (1975 tot 1990) vonden plaats in 1992. Hezbollah verklaarde mee te doen binnen het Libanese politieke systeem. Wel behield de organisatie zich het recht voor zijn wapens te behouden in verband met de strijd tegen Israël in Zuid-Libanon. Dat was toegestaan op grond van het Ta’if Akkoord (vredesakkoord tussen moslims en christenen op basis van gelijke verdeling van zetels in het kabinet) dat in 1990 een einde maakte aan de burgeroorlog. Vanaf dat moment verkreeg Hezbollah een reputatie van een capabele politieke beweging die bovendien relatief “schoon” was op het punt van corruptie.

De politieke eisen van Hezbollah richten zich in de eerste plaats tot Israël. In de strijd tegen de Israëlische bezetter is de organisatie immers ontstaan. Dat neemt niet weg dat de beweging in de loop van de jaren ’90 in de Libanese politiek een zeer belangrijke rol is gaan spelen en daar een stem geeft aan de shiitische minderheid. De eisen aan Israël worden door Hezbollahleider Sayyed Hassan Nasrallah de “vier open wonden” genoemd (de “four bleeding wounds”). Het zijn:

  • Het leveren van landkaarten van Zuid-libanon waarop de lokaties staan aangegeven van de (300.000) landmijnen die het Israëlische leger na de bezetting heeft achtergelaten.
  • De terugkeer van alle tussen 1982 en 2000 gevangen genomen Libanezen.
  • Het stoppen van de vluchten van militaire toestellen boven Libanees grondgebied.
  • Het overdragen van het gebied rond de Shebaa boerderijen in de grensstreek Libanon – Israël – Syrië.

Dit laatste punt, het territoriale geschil over de “Shebaa farms”, heeft gewild of ongewild een grote politiek-militaire betekenis gekregen. Sommige analisten (middleeast.about) stellen dat de claim dat Israël (nog steeds) Libanees gebied bezet houdt, een claim die ook de staat Libanon legt, Hezbollah dient als legitimatie voor het instandhouden van een eigen leger naast het reguliere leger.

In de Libanese binnenlandse politiek heeft Hezbollah het streven naar een islamitische republiek inmiddels naar de achtergrond geschoven. De doelstellingen van het verdedigen van de territoriale integriteit en de soevereiniteit van het land zijn naar de voorgrond geschoven en levert goodwill op, ook buiten shiitische kring.

Hezbollah heeft succes gehad met zijn politiek van opening naar de christelijke bevolkingsgroep in Libanon (Judith Palmer Harik). De beweging is ook om die reden geleidelijk meer geaccepteerd geraakt bij seculieren en niet-moslims. De spanningen tussen shiiten en soenniten zijn de laatste jaren echter (ook) in Libanon opgelopen. De algemene achtergrond daarvan is dat deze oplopende spanning in het gehele gebied van het Midden-Oosten tot en met Pakistan toenam (Jaffadok: PALESTIJNEN RELIGIE-CULTUUR RELIGIES ISLAM). Een meer specifieke reden ligt in het overslaande geweld vanaf 2011, van de burgeroorlog in Syrië die sektarische trekken kreeg.

Organisatieschema Hezbollah (2004). Middle East Policy Council

Hezbollah in de Libanese politiek

Hezbollah is onder andere een nationalistische partij. In de nationalistische visie van Hezbollah is Libanon een Arabisch land dat zich tegen die achtergrond bijvoorbeeld niet kan distantiëren van de Palestijnse zaak. De islam is deze visie richtinggevend. In het strategiepapier “Open Letter” van 1985 koos Hezbollah voor een islamitische staat. Wel met de beperking dat dat niet met geweld moet worden bereikt en de erkenning dat de volkswil daarvoor bepalend is, maar de indruk is dat de organisatie geloofde in een top-down proces.

Dat veranderde in 1992 met de deelname aan de verkiezingen en de participatie in het politieke proces. De “jihad” tegen Israël bleef onderdeel van alle uitspraken maar de islamitische staat zou via een geleidelijk bottom-up proces totstand moeten koemen. Vanaf begin jaren ’90 heeft de partij zich gecommitteerd aan het verkiezingsproces en aan de afspraken over de multiconfessionele structuur van de staat en de noodzaak van vreedzame coëxistentie tussen de geloofsgemeenschappen. De huidige strategische en politieke lijn van Hezbollah is neergelegd in het “Manifesto” van 2009 dat voornamelijk over de binnenlandse aangelegenheden gaat. Belangrijke punten zijn:

  1. De eliminatie van het politieke sektarisme in Libanon als blokkade voor een volwassen democratie.
  2. Gelijke rechten voor vrouwen en mannen.
  3. Onafhankelijke rechtspraak.
  4. Tot die tijd acceptatie van de consensusdemocratie zoals neergelegd in het Taif Akkoord en de grondwet van 1992.
  5. Decentralisatie van bestuur, maar geen federalisme (dus: eenheid van de staat).
  6. Bescherming van de soevereiniteit van de staat door een combinatie van een centraal leger en een volksleger (“popular resistance”).
  7. Burgerlijke en sociale rechten in Libanon voor de Palestijnse vluchtelingen, maar geen naturalisatie. Steun aan de Palestijnse strijd in Israël en de bezette gebieden.
  8. Goede relaties tussen Libanon, Syrië en Iran.

Het nationalisme en het staan voor de soevereiniteit van Libanon, won aan geloofwaardigheid toen in 2005 het leger van strategisch bondgenoot Syrië het land verliet. Sinds dat jaar is Hezbollah vertegenwoordigd in de regering. Dat Hezbollah als regeringspartij tegelijkertijd een eigen leger in stand houdt, wordt beargumenteerd met de onmisbaarheid van het Hezbollahleger om het grondgebied en de zelfstandigheid van Libanon te beschermen tegen Israëlische aanvallen. Dit is vanzelfsprekend een onderliggende spanningsbron in de Libanese politiek. Diverse politieke groeperingen in Libanon eisen dan ook ontwapening van Hezbollah, onder verwijzing van VN-resolutie 1559.

Geen van de Libanese partijen is groot genoeg om de politiek van het land te overheersen. Ook Hezbollah maakt dan ook deel uit van een coalitie. De belangrijkste politieke opponent is de groep rond de partij van de Hariri’s. Shiitische en soennitische moslims in Libanon vormen zeker geen natuurlijke coalitiepartners. Coalities en vijandschappen vormen op lokaal niveau een zeer complex patroon. Machtsevenwicht is (in de huidige situatie) de overlevingsstrategie van de Libanese politieke gemeenschap.

De sociale functie van Hezbollah

“(…) beyond its military and political roles, Hezbollah operates an extremely sophisticated network of health and social-service providers that far exceeds the capacity of the Lebanese state.” (Shawn Teresa Flanigan, Mounah Abdel-Samad)

De verdeling van politieke posten op basis van de omvang van geloofsgemeenschappen wordt in Libanon doorgetrokken naar de overheidssubsidies. Sociale instellingen, scholen, ziekenhuizen en dergelijke worden gefinancierd op basis van de in het verleden vastgestelde percentages maronitische christenen, shiitische moslims, etcetera. Omdat de shiiten een snellere bevolkingstoename kenden kwamen hun sociale voorzieningen in de verdrukking. Veel shiiten trokken in de afgelopen decennia naar Beiroet, waar verarmde shiitische wijken ontstonden. In de jaren ’70 begon onder shiiten een tendens tot zelforganisatie. In de jaren ’80 kwamen veel de op deze manier ontstane organisaties onder de hoede van Hezbollah. Ook huisvesting, voedselverdeling, maandelijkse uitkeringen en zelfs gespecialiseerde instituten zoals een school voor kinderen met het Down syndroom werden georganiseerd door met Hezbollah gelieerde stichtingen. In een tijd van toenemende sectarische tegenstellingen is deze structuur voor de armere delen van de shiitische bevolking van buitengewoon groot belang.

Om zijn positie binnen de verzuilde Libanese staat in stand te houden is het voor Hezbollah (en daarmee voor het grootste deel van de shiitische gemeenschap) belangrijk om zijn positie in de Libanese economie (bijvoorbeeld in het bankwezen) en binnen de Libanese staatsinstellingen te behouden en/of te versterken. Het gaat bij dit laatste bijvoorbeeld om de nationale bank en de douanediensten. Daaruit ontstaat spanning met door de VS (en enkele andere westerse landen) opgelegde sancties in verband met de status van Hezbollah als “terroristische organisatie”.

Hezbollah’s militaire kracht

Israël heeft in Libanon militair opgetreden in:

  • 1972 Israël Operation Wrath of God
  • 1973 Israël Operation Spring of Youth
  • 1976 1982 1996 Israël massacre Tal al-Zaatar/Sabra Shatila/Qana
  • 1978 Israël Operation Litani
  • 1981 Israël Lebanon Two Week War/Veertiendaagse Oorlog

Israël had confrontaties met Hezbollah in (afgezien van kleinere militaire confrontaties):

  • 1982 Israël Operation Peace in Galilee/Eerste Libanonoorlog
  • 1993 Israël Operation Accountability/Zevendaagse Oorlog
  • 1996 Israël Operation Grapes of Wrath/April Oorlog
  • 2006 Israël Operation Change of Direction/Tweede Libanonoorlog/Hezbollah Oorlog

De strijd in 2006 wordt door militair deskundigen over het algemeen gezien als zware slag voor de reputatie van onoverwinnelijkheid van het Israëlische leger (Jaffadok: ISRAËL MILITAIR OORLOGEN LIBANON 2006).

De kracht van de militaire vleugel van Hezbollah is in de jaren ’90 toegenomen ondanks geregelde aanvallen van Israël. Rond 2000 was Hezbollah erin geslaagd de bezetting van de door Israël uitgeroepen “veiligheidszone” te ondermijnen. Het vertrek van de Israëliërs werd ook politiek voornamelijk op het conto van Hezbollah geschreven, hetgeen zijn positie versterkte.

Het Syrische Qusair, na gevechten waaraan Hezbollahstrijders meevochten (medio 2013)

Hezbollah beschikt over zeer goed getrainde en gemotiveerde soldaten. In de oorlog van 2006 tegen Israël was slechts een deel van de Hezbollah strijdmacht voldoende om de Irsaëlische grondtroepen tegen te houden. Hezbollah beschikt (2012) over 40.000 tot 60.000 korte afstandraketten. De inschatting van deskundigen is dat zonder de steun van Iran en Syrië Hezbollah wel zijn sociale functie in Libanon kan behouden, maar qua militaire uitrusting op den duur zeer aan kracht zou inboeten. Het instandhouden van zijn bewapende leger brengt Hezbollah sinds 2004 op gespannen voet met de Verenigde Naties die in resolutie 1559 de ontbinding en de ontwapening van alle milities eisen.

Na het vertrek van het Israëlische leger in 2000 onderging Hezbollah militair een belangrijke verandering:

(Amal Saad-Ghorayeb, Open Democracy) Until 2000, Hizbollah’s concept of resistance was in line with conventional usage, meaning a popular liberation struggle against foreign occupation, with the sole mission of expelling the occupiers. In the post-withdrawal phase beginning in 2000, Hizbollah revised its military doctrine from one centred on liberating territory to one which sought to deter Israel from attacking Lebanon and, should that strategy fail, would defend the country from Israeli aggression. The definition of resistance was consequently expanded to include the withstanding of an invasion or in other words, resisting the threat of occupation. By reconstructing the concept of resistance in this fashion, Hizbollah had entrusted itself with the mission of defending Lebanese territory from attack, a role traditionally carried out by state militaries.

Aangenomen wordt dat Hezbollah de laatste jaren weer vorderingen heeft gemaakt op de gebieden raketbewapening inclusief anti-scheepsraketten, drones, anti-tankwapens en electronische oorlogsvoering. Volgens verschillende analisten blijft de werkelijke kracht van Hezbollah zijn decentrale strijdmacht (afgezien van een betrekkelijk klein eliteleger), zijn discipline en geheimhouding, de individuele motivatie, de fijnmazige fysieke infrastruktuur en de enorme gerichtheid op het begrijpen van de (Israëlische) vijand, gekoppeld aan de bereidheid van de leiding om te leren van (militaire) fouten.

Hezbollah en terrorisme

De rol van Hezbollah bij terroristische aanslagen is omstreden. Hezbollah heeft al sinds zeer lange tijd gesteld dat het alleen in het Midden-Oosten actief is. De Verenigde Staten (2001) en enkele landen in navolging van de VS, hebben Hezbollah in zijn totaliteit (de politieke en de militaire vleugel) op de lijst van terroristische organisaties gezet omdat zij ervan uitgaan dat de organisatie is betrokken bij dan wel schuldig is aan: de aanslagen op de Amerikaanse mariniersbasis en het (voornamelijk) Franse hoofdkwartier in Beiroet in 1983; de ontvoering van enkele westerse onderdanen in de jaren ’80 in Libanon; de kaping van een TWA-toestel (1985); de aanslag op de Israëlische ambassade en een cultureel centrum in Buenos Aires (begin jaren ’90). NB: Nederland zette Hezbollah in 2004 op de terrorismelijst, zowel de politieke als de militaire organisatie.

De VS en Israël zijn in 2012 een nieuwe campagne begonnen om de Europese Unie Hezbollah op de lijst van terroristische organisaties te doen zetten (Jaffadok: INTERNATIONAAL TERRORISME). Aanleiding voor deze campagne was de situatie in Syrië. De EU had Hezbollah jaren geleden niet als terreurorganisatie gekwalificeerd, door verzet van Frankrijk. Met name Nederland en Engeland zetten zich in 2012/2013 in voor deze zaak, waarbij als optie naar voren werd gebracht (door Engeland) dat alleen de militaire tak van Hezbollah op de terrorismelijst komt. Medio 2013 kozen de meeste lidstaten van de Europese Unie voor deze optie. Voor de EU speelt een rol dat enkele duizenden Europese soldaten in VN-verband de bufferzone bewaken in Zuid-Libanon en dat dat onmogelijk is zonder contacten met Hezbollah. Daarnaast is de inschatting dat de belangrijke positie van Hezbollah in de Libanese politiek en maatschappij het onmogelijk maakt om de organisatie te negeren. De VS en Israël dringen er de laatste tijd op aan dat de EU meehelpt om de financiele kanalen van Hezbollah droog te leggen. De VS dringen aan op strafrechtelijke maatregelen tegen Libanese banken en zakenmensen. De beschuldiging van betrokkenheid bij internationale handel in verdovende middelen wordt hierbij ingezet. Hezbollah noemt dit politieke propaganda. Bahrein was in april 2013 het eerste Arabische land dat Hezbollah op de terrorismelijst zette.

Internationaal wordt de Europese beleidswijziging van 2013 gezien als een compromis dat erop is gericht om een conflict met de VS uit de weg te gaan en anderzijds een escalatie in Libanon te vermijden. De stap om alleen de militaire arm van Hezbollah op de terrorismelijst te zetten heeft symbolische waarde maar verlamt de organisatie niet. Israël heeft diplomatiek veel geïnvesteerd in het tot terroristische organisatie doen verklaren van Hezbollah door de VS en de Europese landen. In de VS is desondanks een stroming die pleit voor contact met Hezbollah. Presidentieel veiligheidsadviseur John Brennan heeft bij gelegenheid voor zo’n koers argumenten genoemd.

Hezbollah en de Palestijnen

De opstelling van Hezbollah ten opzichte van het vraagstuk van de Palestijnse vluchtelingen in Libanon houdt rekening met de precaire machtsverdeling die na een langdurige burgeroorlog tot stand is gekomen. Hezbollah is tegenstander van een vredesregeling met Israël, waarbij de 300.000 tot 400.000 Palestijnse vluchtelingen (Jaffadok: PALESTIJNEN VLUCHTELINGEN POLITIEK) niet mogen terugkeren en in plaats daarvan Libanese staatsburgers worden. Los van de principiële kant (het recht op terugkeer) zou dit destabiliserend werken in Libanon.

Hezbollah en Hamas zijn jarenlang bondgenoten geweest. Ook al zijn Palestijnen soenniten. De strategische vijand is in beide gevallen Israël met voor beide op de achtergrond de Verenigde Staten. Zo heeft Hezbollah bijvoorbeeld Hamasstrijders in het verleden gevechtstechnieken bijgebracht. Vanaf 2011 is de onrust en later de burgeroorlog in Syrië een potentiële splijtzwam. Het rijke soennitische Qatar probeert met geld Hamas los te weken van het bewind van president Assad. Het hoofdkantoor van Hamas in Damascus is vanaf eind 2011 geleidelijk gesloten. Syrië is een strategische bondgenoot van Hezbollah. Bovendien is Hezbollah van mening dat het Syrische bewind loyaliteit verdient omdat het de Palestijnse vluchtelingen in Syrië zeer veel beter heeft behandeld dan Libanon en de meeste andere Arabische staten. De Palestijnse gemeenschap in Syrië zit tussen twee fronten.

Over de roep om “vernietiging van de joodse staat” door (Hamas en) Hezbollah zegt het Hezbollah-programma uit 1985: “The Zionist entity is aggressive from its inception, and built on lands wrested from their owners, at the expense of the rights of the Muslim people. Therefore our struggle will end only when this entity is obliterated (Daarom zal onze strijd pas eindigen als de zionistische entiteit is weggevaagd).” In een interview met The Washington Post op 20 februari 2000 zei Nasrallah: “I am against any reconciliation with Israel. (…) When a peace agreement is concluded between the Lebanese government and Israel, we would surely disagree with the Lebanese government about that, but we would not make any turmoil (JS: herrie) out of it.” Ook deze uiting wijst erop dat de stabiliteit van Libanon voor Hezbollah hoge prioriteit heeft.

De Iran-factor

De goede relatie tussen Iran en Hezbollah gaat terug tot het begin van de jaren ’80. Deze relatie heeft een religieuze component (shia), een militaire (wapenleveranties), een politieke (de VS en Israël als tegenstanders) en een financiële (geldstroom van Iran naar Hezbollah). Vrij algemeen wordt aangenomen dat Iran geconsulteerd wordt door Hezbollah voor belangrijke beslissingen maar zelfstandig beslist. Zoals de beslissingen in de oorlog van 2006 tegen Israël, in tegenstelling tot wat de regering Bush daarover zei. In de jaren ’80 was de afhankelijkheid aanzienlijk groter. De geldstroom uit Iran is altijd belangrijk geweest voor het sociale instellingen die onder de paraplu van Hezbollah functioneren en die essentieel zijn voor zijn draagvlak. Begin 2012 deelde Hezbollah voor het eerst mee dat het sinds haar ontstaan in 1982 financiële en militaire steun ontvangt van Iran. Ook andere politieke machtscentra in Libanon hebben financiële banden met externe geldschieters. De concurrerende en door de Haririclan aangevoerde beweging heeft een dergelijke relatie met Saoedi-Arabië. Iran heeft zeker getracht om de relatie met Hezbollah een pan-shiitische identiteit als basis te geven. Dat streven vindt zijn beperking in de niet met Iran gedeelde Arabische identiteit van de achterban van Hezbollah. Sinds het Manifesto van 2009 kan worden aangenomen dat de meer politieke afhankelijkheid van Iran is afgenomen.

Hezbollah en Syrië

Voor Hezbollah en Iran is het Syrische bewind, althans zolang dat op zijn huidige shiitische machtsbasis kan blijven steunen, de cruciale schakel in de “shiitische as” (Jaffadok: MIDDEN-OOSTEN SYRIË). Deze ruim dertig jaar bestaande strategische alliantie maakt wapentransport mogelijk en geeft strategische diepte bij militaire conflicten. De militaire bewegingsruimte van Hezbollah binnen Libanon is zeer afhankelijk van de samenwerking met Syrië. Ondanks deze afhankelijkheden is Hezbollah ook ten opzichte van Syrië een macht op zichzelf met een zeer sterke positie in de Libanese maatschappij. Analisten brengen naar voren dat Syrië Hezbollah nodig heeft als hefboom in zijn relatie met Israël; onder meer ten behoeve van het (wellicht ooit) terug krijgen van de door Israël bezette Golan Hoogvlakte. Sommigen stellen (Mona Harb, Lara Deeb) dat Hezbollah strategisch opereert en niet al zijn kaarten zal zetten op het Syrische bewind onder Assad gezien de crisis waarmee waarmee dat regiem wordt geconfronteerd.

Hezbollah in het Libanon van nu.

Hezbollah is vertegenwoordigd in het (nu, medio 2013, demissionaire) kabinet van Libanon. Ondanks een zeer kwetsbaar intern machtsevenwicht en de dreiging van oorlogen met of in de omringende landen wordt Libanon gerekend tot de modernste landen van het Midden-Oosten. Hezbollah heeft zich ontwikkeld tot een politieke partij die volledig meetelt in de Libanese staat. Een negatieve binnenlandse factor vormen de licht ontvlambare sectarische verhoudingen in Beiroet en het noorden van Libanon. Deze spanningen hebben vaak een zeer lokaal karakter en lopen niet uitsluitend langs de shiitisch-soennitische as. Een destabiliserende factor kan het internationaal onderzoek worden, naar de vraag wie verantwoordelijk is voor de moord op de politicus Hariri in 2005. Deze kwestie kan aangrijpingspunt worden voor de VS en bondgenoten om Hezbollah politiek in het defensief te dringen. Een destabiliserende factor is zeker de strijd in Syrië en de interventie van Saoedi-Arabië in de sectarische spanningen tussen soenniten en shiiten in zowel Syrië als Libanon (Jaffadok: MIDDEN-OOSTEN SAOEDI-ARABIË-JEMEN).

)* in een volgende versie van dit artikel zal de lectuur worden verwerkt van: Alagha, Joseph. Hizbullah’s Identity Construction, 1978-2010.

 

Literatuursuggesties:

1. Alagha, Joseph. Hizbullah’s Documents: From the 1985 Open Letter to the 2009 Manifesto. Amsterdam, Pallas Publications, 2011.

2. Alagha, Joseph. Hizbullah’s Identity Construction, 1978-2010. Amsterdam, Amsterdam University Press, 2011.

3. Saad-Ghorayeb, Amal. Hizbu’llah: Politics and Religion. Pluto Press, 2002

4. Noe, Nicholas (ed.), Ḥasan Naṣr Allāh, Nicholas Blanford. Voice of Hezbollah: The Statements of Sayyed Hassan Nasrallah. Verso, 2007.

5. Qassem, Naim en Dalia Khalil. Hizbullah: The Story From Within. Saqi Books, 2005

6. Harik, Judith Palmer. Hezbollah: The Changing Face of Terrorism. London: I.B. Tauris, 2004.

7. Mona Harb and Reinoud Leenders. Know Thy Enemy: Hizbullah, ‘Terrorism’ and the Politics of Perception. Third World Quarterly, Vol. 26, No. 1 (2005).

8. Noe, Nicolas. ed. Voice of Hezbollah: The Statements of Sayyed Hassan Nasrallah. London, Verso, 2007.

9. Norton, Augustus Richard. Hezbollah: A Short History. Princeton: Princeton University Press, (Fifth edition:) 2009.

10. Friedman, Thomas From Beirut to Jerusalem. Williams Collins Sons & Co. Ltd, Glasgow (eng. ed.), 1990.

11. Flanigan, Shawn Theresa and Mounah Abdel-Samad. Hezbollah’s Social Jihad: Nonprofits as Resistance Organizations. Middle East Policy, Vol. 16, No. 2 (zomer 2009).

12. Heiko Wimmen. The Long, Steep Fall of the Lebanon Tribunal. Middle East Report Online, December 1, 2010.

13. Shanahan, Roger. The Shi’a of Lebanon: Clans, Parties and Clerics. London, I.B. Tauris, 2005.

Sites en zoektermen:

1. Taif agreement

2. Student Pulse study of modern Lebanon

3. yalibnan.com

4. nytimes Hezbollah

3. Tony Badran Hezbollah agenda Lebanon

4. Franklin Lamb Manifesto

5. Merip Hizballah

6. International Crisis Group Hizbollah Lebanese Crisis

7. Al-Manar TV

8. Special Tribunal for Lebanon

9. John Brennan Hezbollah

CITATEN:

1. “But they [Israel] remained for a full 18 years, ample time for Hizbollah to turn into an efficient fighting machine, earn the admiration of the Arab masses everywhere, take over the leadership of the Shiite community and become the most powerful force in Lebanese politics.” Uri Avnery, Gush Shalom column, 31/12/2001

2. “Our problem with them is not that they are Jews…. Our problem with them is that they are occupiers who have usurped our land and sacred places.” Nasrallah bij de presentatie van Hezbollah’s “Manifesto” in november 2009, de eerste beginselverklaring sinds de “Open letter” van 1985.

3. “Political implications and strategic goals aside, the “July War” showcased Hizballah’s evolution into an adaptive, skillful, cohesive fighting force capable of registering some measure of success on the battlefield against a much larger and better-equipped enemy.” Andrew Exum, in: Hizballah at War: A Military Assessment. The Washington Institute, december 2006.

4. “The number of Israeli overflights in Lebanese airspace so far this year is roughly double the rate of the same period in 2012, according to security sources in Lebanon. The rumble of Israeli aircraft over Beirut has become a near daily event(…).” The Christian Science Monitor, Christa Case Bryant en Nicholas Blanford, 5 mei 2013.