De zestien jaar oude Muhammad Abu Khudair werd in juni gekidnapt en gedood door een groep Israëli’s die benzine door zijn keel goten en hem levend verbrandden.
Muhammad woonde in Shoafat vlakbij een station van de Jeruzalemse sneltram. Palestijnse demonstranten reageerden onmiddellijk op Muhammad’s tragische dood met aanvallen op die sneltram. Die wordt gehaat als een symbool van de Israëlische bezetting van Jeruzalem, omdat deze is ontworpen om de illegale nederzettingen op de Westelijke Jordaanoever met West-Jeruzalem te verbinden. Het is pijnlijk voor de inwoners om in hun wijk kolonisten te zien die met de tram op weg zijn naar nederzettingen gebouwd op gestolen Palestijns land.
Ondertussen wordt het verkeer voor Palestijnen belemmerd, ook Shoafat. De sneltram werd in het midden van de hoofdstraat van Shoafat aangelegd zodat er alleen een smalle baan overbleef voor Palestijns verkeer. Acht verkeerslichten langs het sneltramtraject in Shoafat – elke 300 meter één — vertragen het verkeer nog meer. De stoplichten zijn een last omdat zij slechts tien seconden op groen staan.
Het is daarom geen verrassing dat de stoplichten het tweede doelwit waren dat de demonstranten vernielden, zei Twitteraar @BDS4Justice in een bericht aan mij. “En wat een opluchting. Tot nu toe zijn de Israëli’s niet gekomen om de verkeerslichten te repareren en stroomt het verkeer door”. @BDS4Justice, ook bekend als “Zalameh”, woont in de Palestijnse wijk Shoafat in Oost-Jeruzalem.

Op een bord op het perron in Shoafat staat “Houd er alstublieft rekening mee dat kaartjes voor de sneltram tijdelijk niet in dit station worden verkocht”. (Foto: Willemijn Leenhouts)
Na de vernieling van het tramstation en een twee weken durende onderbreking van de dienst, kwamen medewerkers van de Franse multinational Alstom het spoor repareren. Het werd niet helemaal gerepareerd maar net genoeg zodat de Israëlische kolonisten met de sneltram de wijk konden doorkruisen. De vernielde stations in Shoafat werden niet hersteld en zijn nog steeds gesloten.
Er kunnen nog steeds geen kaartjes op het station gekocht worden, zodat de sneltram nu werkelijk zonder Arabieren is, zegt Zalameh: “Niemand neemt de tram vanuit hier en een enkeling stapt uit komend vanuit West-Jeruzalem, maar het is echt minimaal”.
Onderdrukking
Met de komst van de sneltram in Shoafat in 2011, arriveerden ook gewapende bewakers en bewakingscamera’s die Israël’s controle over de Palestijnse inwoners vergrootten. Maar nu zijn de particuliere gewapende bewakers vervangen door Israëlische troepen.
De Israëlische pesterijen in Shoafat zijn werkelijk onhoudbaar. “Dit komt vooral door de sneltram” zegt Zalameh. De gewapende Israëlische troepen zijn overal in Shoafat – elke 200 meter ongeveer vijf man. De zwaailichten en sirenes op hun auto’s dragen bij aan een gevoel van onderdrukking en “in de gaten worden gehouden”.
Het snel groeiende aantal arrestaties in Oost-Jeruzalem weerspiegelt deze sfeer van harde repressie. Sinds juli zijn volgens de minister van binnenlandse veiligheid van Israël, Yitzhak Aharonovich, bijna 900 Palestijnen gearresteerd in Jeruzalem. Hij zei dit tijdens een zitting van een commissie van de Knesset (Israëlische parlement).
De minister zei ook dat hij van plan is om boetes te geven aan ouders van Palestijnse jongeren die worden beschuldigd van stenen gooien: “Ouders financieel schaden zal kinderen in bedwang houden”.
De Israëlische premier Benjamin Netanyahu werkt met spoed aan wetgeving die zwaardere straffen mogelijk maakt voor Palestijnen die stenen gooien – dit betekent dat ze een gevangenisstraf van maximaal twintig jaar opgelegd kunnen krijgen.
Onder toezicht
De Israëlische burgemeester van Jeruzalem, Nir Barkat, bracht eind oktober een bezoek aan Shoafat samen met het hoofd van politie. Begeleid door een enorme politiemacht gaven ze een persconferentie naast de sneltram. Een ballon op grote hoogte uitgerust met een camera bewaakte de gebeurtenis. Zulke nieuwe “observatieballons” zenden scherpe foto’s naar de politie en worden ingezet boven bezet Shuafat en Beit Hanina, een andere Palestijnse wijk van Jeruzalem.
In augustus en een deel van september werd het toezicht uitgevoerd met hulp van drones die boven Shuafat vlogen. “We hebben helikopters in de lucht die laag en luidruchtig voor uren aan een stuk boven Jeruzalem patrouilleren”, zegt Zalameh.
De twee Franse multinationals Veolia en Alstom spelen een belangrijke rol in de sneltram. De Palestijnse Bevrijdings Organisatie (PLO) maakte bezwaar tegen de aanleg van de sneltram, omdat het de Palestijnse bevolking en haar rechten op zelfbeschikking schaadt en het sleepte Veolia en Alstom in Frankrijk voor de rechter. Het Palestijnse BDS National Committee, een coalitie van meer dan 170 Palestijnse organisaties keerden zich ook tegen het project.
Ondanks deze duidelijke Palestijnse stellingname tegen het project probeerde Veolia de sneltram wit te wassen door middel van opiniepeilingen. Het bedrijf claimde dat de onderzoeken een ruime steun voor het project aantoonden in Palestijnse wijken van bezet Oost-Jeruzalem. Maar de betrouwbaarheid van de resultaten kan niet worden bepaald, omdat Veolia nooit informatie heeft gegeven over de gevolgde methodologie, de gestelde vragen en de eigenschappen van hen die deelnamen.
Maar de sneltram van Jeruzalem is nu een symbool geworden van de Israëlische bezetting en de overname van Jeruzalem. Barkat maakte dit punt duidelijk toen hij tijdens een gemeenteraadsvergadering in september zei dat wanneer de sneltrammaatschappij de tram uit eigen beweging stopt, het “onze soevereiniteit over de stad” zou schaden.
Daarom zal de beweging voor boycot, desinvestering en sancties zich blijven richten op Veolia en Alstom.